Interview met Marc Fauconnier van reclamebureau Famous
In naam van de creativiteit: interview met Marc Fauconnier van Famous
Je zou het niet meteen verwachten als je in Groot-Bijgaarden voorbij het Wivinaklooster rijdt, maar achter de kloostermuren dwalen creatieve geesten door de gangen.
Het reclamebureau Famous heeft immers enkele jaren geleden zijn intrek genomen in het voormalige klooster. Aan het hoofd staat Marc Fauconnier, oprichter van Famous dat campagnes zoals het stressmannetje van De Lijn op ons televisiescherm deed verschijnen.
Stond het van jongs af aan in de sterren geschreven dat je in de reclame zou verzeild geraken?
MF: Mijn initiële droom was niet om in de reclamesector terecht te komen, ondanks het feit dat mijn vader als professor in de richting Communicatie-wetenschappen les gaf. Had je me gevraagd op mijn twaalfde wat ik wou worden, dan had ik hoogstwaarschijnlijk journalist geantwoord omdat ik heel graag met taal bezig ben. Uiteindelijk ging ik sociologie studeren.
Hoe werd de socioloog dan uiteindelijk een marketeer?
MF: Ik heb eerst nog een logische tussenstap genomen nadat ik afgestudeerd was als socioloog, namelijk bij een marktonderzoeksbureau. Via marktonderzoek naar het consumentengedrag voor merken en adverteerders ben ik in contact gekomen met de reclamewereld. Na gewerkt te hebben bij verschillende bureaus ben ik Famous gestart.
Famous is doorheen de jaren gegroeid, is de war on talent daarbij een uitdaging?
MF: Het antwoord is zonder meer ja. Er zijn in vergelijking met vroeger in toenemende mate uiteenlopende expertises nodig: pr-mensen, user experience-designers, social mediastrategieën, creatieven en ga zo maar verder. De laatste jaren is het jobhoppen in de reclame-industrie gelukkig wel verminderd.
Over welke campagne van vorig jaar ben
je trots?
MF: Voor het WWF hebben we een campagne gemaakt rond de uitstervende tijgers. We zijn met het concept gekomen van uitstervende familienamen. Op een website konden mensen nagaan hoeveel mensen met dezelfde familienaam in België wonen en zien of hun familienaam met uitsterven is bedreigd of niet. Bezoekers van de website kregen vervolgens de boodschap om een familie die met uitsterven is bedreigd, namelijk de tijgers, uit de nood te helpen via een financiële dotatie.
Op twee weken tijd hadden we meer bereikt dan dat het WWF normaal gezien op jaarbasis had bereikt zonder een dergelijke campagne.
Reclamemakers krijgen vaak het verwijt warme lucht te verkopen. Vind je dat terecht?
MF: Reclamebureaus worden jammer genoeg nog vaak geassocieerd met: hoe kunnen we consumenten in een val doen trappen en dingen doen kopen die ze eigenlijk niet nodig hebben. Het is dan ook belangrijk dat we nagaan hoe we de klanten van onze klanten zaken als meerwaarde, beleving en relevantie kunnen bieden. Een merk moet nadenken voorbij zijn commerciële doelstellingen.
Hoe kan je als biermerk bijvoorbeeld jongeren sensibiliseren om drankmisbruik tegen te gaan?
Stoomt het onderwijs mensen voldoende klaar voor een carrière binnen de reclame-industrie?
MF: Naast langere stages zijn er nu ook initiatieven als BAS (Belgian Advertising School) waarbij studenten tijdens een postgraduaatsopleiding eerst een paar maanden les krijgen van professionals uit de reclame-industrie en vervolgens meer dan vijf maanden onbezoldigd stage doen bij een reclamebureau.
Een win-win situatie voor beide partijen.